Afgelopen weekend bevond ik me weer eens in de wondere wereld van het openbaar vervoer. En of het een verwonderlijke wereld is. Een aantal jaar geleden bevond ik me er haast iedere dag in. Toen was de bus en de trein de dagelijkse manier van verplaatsen. 20 minuutjes in de bus, 40 minuten in de trein en tussendoor wachten. En wachten en nog veel meer wachten. Wat ben ik blij dat ik het OV nu zo min mogelijk gebruik. Naast het wachten was er ook regelmatig veel rennen. En hard soms. Zo nu en dan pak ik nog wel eens de bus. Zoals afgelopen weekend bijvoorbeeld. Etentje met collega’s in het mooie Den Bosch. Zonde om de auto te pakken als je 20 minuutjes in de bus kan zitten. Plus er kan nog een drankje genuttigd worden tijdens het eten. Zo’n enkele keer vind ik dat helemaal prima. Maar tijdens de heenreis werd ik weer even aan ’vroeger’ herinnerd. De heenreis was tijdens de spits. En dat betekent langzaam rijden, meer verkeer en soms wat langer stilstaan. Dat heb je ook als je in de auto zit, maar doorgaans hoef je dan geen trein te halen. Nu hoefde ik dat ook niet, maar ik moest wel denken aan de stressvolle momentjes van toen. Nog 2 minuten om de trein te halen…. Schiet eens op alsjeblieft. En wanneer de bus op het station aankwam en nog maar net de deuren opende, zoefde je naar buiten om als een malloot de roltrap op te rennen, het juiste perron te bestormen en nog nét de trein te halen. Of juist niet. En dat was mega frustrerend. Zeker wanneer je nog een overstap had en die óók nog eens had gemist. Enfin, je begrijpt me. Een verwonderlijke wereld. Gelukkig hoef ik die stressvolle en irritante momentjes niet meer dagelijks mee te maken. Fijne reis voor straks! Manouk Mak