Henk Poelakker, woonachtig in Heusden, vond na het overlijden van zijn vader (1920-2011) kopieën van processen-verbaal uit lang vervlogen tijden toen ‘Bromsnor’ werkzaam was bij de Rijkspolitie. De vondst werd een inspiratiebron om verhalen te schrijven.
Jaren ’50
De coloradokever houdt huis en dat betekent dat het beestje zich tegoed doet aan aardappelloof en een hele oogst kan laten mislukken. In 1948 komt er een wet die bepaalt dat boeren, tuinders en ook burgers verplicht zijn om hun aardappelplanten te behandelen. Bromsnor wordt ter controle op pad gestuurd. Hij meldt zich bij Johannes N. Citaat uit het proces-verbaal: “Om 14.40 betreden de officiële controleur en ondergetekende het perceel van ongeveer vier are met daarop aardappelplanten. Bij nadere inspectie zitten de planten vol met levende larven, wel zeker 400 stuks. De conclusie wordt snel getrokken: Johannes heeft zich niet aan de plicht gehouden om de kevers en hun larven te bestrijden. Op de bon dus.”
De boom is van mij
De volgende dag gaat Bromsnor naar de heer H. die ervan verdacht wordt een fraaie eikenboom te hebben omgezaagd en dat zonder vergunning. Foei. “Goedenavond vriend”, zegt onze Brom en salueert met zijn rechterhand even aan zijn pet. “Ik zie dat u een boom heeft omgezaagd en vraag me af of u daarvoor wel toestemming had.” De wat zenuwachtige H. komt maar moeizaam uit zijn woorden: “Ja ik had toestemming van de huisbaas.” Op naar Kees de V., de eigenaar van de boom. Deze begrijpt de commotie niet en is van zijn gelijk overtuigd: “Luister veldwachter, ik heb geen vergunning nodig want deze boom is van mij, stond op mijn grond en nam veel licht weg voor de woning. Bovendien zaten de elektriciteitsdraden verweven in de boom. Levensgevaarlijk.” Tja, wat nu. Die avond wordt een compromis uitgebroed. De bewoner krijgt een reprimande met uitleg dat hij in voorkomende gevallen toch echt een vergunning van de gemeente nodig heeft. De huisbaas krijgt te horen dat de boom in beslag wordt genomen omdat hij zonder kapvergunning de eik heeft laten omzagen. De boom komt ter beschikking van het Rijksbureau voor hout te Amsterdam.
Ik neem ontslag
In diezelfde week blijkt ontslag nemen in die jaren niet zo eenvoudig. Roelof H. (34 jaar) is boos omdat hij in zijn ogen te weinig vakantiegeld heeft ontvangen. Bovendien kan hij elders meer verdienen. “Beste baas, ik neem ontslag en kom morgen niet meer werken”, zo heeft deze Roelof onlangs gezegd waarop de baas reageerde met: “Dat kan zo maar niet. Je weet best dat je ontslag formeel aangevraagd moet worden bij het Arbeidsbureau. Ga daar maar heen en ik hoor wel.” Roelof loopt vervolgens boos weg, gaat niet naar het genoemde bureau en laat zich de dagen daarna niet meer zien. De baas doet een week later aangifte bij het Arbeidsbureau en die verzoekt de politie tot actie over te gaan. Roelof krijgt een bekeuring én de plicht om weer bij zijn oude baas aan de slag te gaan.