Mijn kleinzoon is altijd al een liefhebber geweest van pret- en attractieparken. Vooral de attracties voor volwassenen, vindt hij geweldig.
Toen hij de lengte van 120 cm had bereikt, was hij eindelijk groot genoeg om in de attracties voor volwassenen te mogen. Ik had op internet kaartjes gekocht voor de Efteling, waardoor we vrij snel door konden lopen. Wat denk je welke attractie hij het eerst in wilde? Je raad het vast wel, de ‘Python’.
Ik zei tegen hem: ”Is dat niet te snel en te gevaarlijk voor je?” Nog voor ik uitgepraat was, zat hij al in het karretje.
Ik twijfelde of het wel goed met hem zo gaan; zou hij niet misselijk worden en moeten overgeven? Ik vroeg dus aan de man bij de karretjes of hij wilde stoppen als dat nodig was, daar moest hij hartelijk om lachen. Vervolgens stapte ik in het karretje. En wat denk je? Wat was ik misselijk en ziek, toen ik uitstapte na de nodige rondjes met de Python. Ik kreeg een kots zakje en heb daarin mijn maag geleegd.
De volgende dag, zijn we met mijn kleinzoon naar een safaripark gegaan. Weet je wat zo fijn is als je door het Safaripark rijdt? Je mag gewoon in je eigen auto blijven zitten. Net op het moment dat we over de modderige paden door het safaripark reden, werden de dieren gevoerd.
Je kent vast wel het gezegde ’zien eten doet eten’. Vandaar dat we om de honger van mijn kleinzoon te stillen, maar naar een Mac Donalds zijn gegaan.
Vanwege de rit door het safaripark was mijn auto vuil geworden. Dus reed ik naar een wasstraat waar je auto als je erin blijft zitten gewassen wordt. ”Dat was nog eens leuk!” riep mijn kleinzoon op weg naar huis. ”Fijn dat je het zo naar je zin hebt gehad”, zei ik tegen hem. ”We moeten het volgend jaar maar weer een keer overdoen.” Waarop mijn kleinzoon antwoordde: ”Wassen jullie de auto dan maar een keer per jaar?”
Jules Faber