In oktober 1975 wordt een bijeenkomst belegd door de werkgroep in buurthuis ’de Korf’. Het college heeft schriftelijk laten weten niet aanwezig te zijn op de bijeenkomst. Een van de sprekers legt uit dat elke voorziening ten behoeve van de recreant tot een vicieuze cirkel zal leiden. Voorzieningen trekken nieuwe recreanten aan en vergroting van het aantal roept de wens naar meer en betere voorzieningen op. Intensieve recreatie kent veel nadelen, zoals aantasting van het slagenlandschap, de rietzone en schade aan fauna en flora.

De Milieufederatie bericht het college in januari1976, dat het water van de Haarsteegse Wiel in een gevaarlijke toestand verkeert. Bij een ingesteld onderzoek werden vele blauwwieren aangetroffen. Deze zijn vooral te wijten aan omvangrijk recreatief gebruik. Verdergaande verontreiniging kan massale blauwwierontwikkeling tot gevolg hebben, waardoor veel planten- en diersoorten zullen afsterven of verdwijnen. Daarenboven wordt de kans op botulisme voor recreanten eveneens sterk vergroot. De Federatie gaat nu Gedeputeerde Staten verzoeken om een verder onderzoek te laten verrichten.

De gemeente laat naar aanleiding van het bovenvermelde onderzoek een nieuw onderzoek instellen door het Instituut voor Biologie van de R.K. Universiteit van Nijmegen.

In de gemeenteraad worden over de kwestie vragen gesteld. De gemeente stelt dat op basis van de onderzoeken naar de waterkwaliteit in 1975 blijkt, dat het college niet in gebreke is geweest. Van de 13 onderzoeken waren er 6 goed, 6 goed dan wel goed/matig en 1 slecht.

Inmiddels heeft Janus van Engelen zich weer gemeld om de gemeente via een brief van advies te dienen. Hij geeft adviezen over waar de auto’s het beste kunnen parkeren. De bromfietsen moeten bewaakt gaan worden, men moet er maar een kwartje voor over hebben. Een potje bier kost zelfs meer, schrijft hij.

In verband met de aangebrachte vernielingen en het stukslaan van flessen waardoor bezoekers zich verwonden, beperkt hij zich nu tot alleen maar toezicht. Verder wil hij een glijbaantje, een schommel en een springplank.

Beperken recreatie

Op 26 oktober 1976 vindt met de werkgroep overleg plaats in de bejaardensociëteit te Vlijmen. Bij het overleg zijn aanwezig de burgemeester, de gemeentesecretaris, de beide wethouders en leden van de gemeenteraad. De gespreksleider is de heer A. Jansen.

De burgemeester denkt dat de avond vruchtbare resultaten zal opleveren, omdat de doelstelling van de gemeente en de werkgroep handhaving van het natuurgebied is. De gemeente heeft in totaal ƒ 304.000,- geïnvesteerd in de aankoop van de wiel en de omliggende gronden. Van het ministerie van CRM is hiervoor ƒ 159.000,- subsidie ontvangen. Van de Cultuurtechnische Dienst zijn ook subsidietoezeggingen ontvangen in het kader van de ruilverkaveling. Van de in het verleden gemaakte plannen voor het recreatiegebied is de gemeente inmiddels teruggekomen, omdat daarbij vooral werd uitgegaan van zwemmen aan de westzijde. Nu gaat men uit van een eenvoudig plan aan de zuidzijde. Hier wordt al van oudsher gezwommen. Het verboden verklaren van het hele gebied heeft volgens de burgemeester een averechts effect. Het afgelopen jaar waren de recreanten over het hele gebied verspreid. Door het zwemmen op één gebied te concentreren worden deze ongewenste toestanden voorkomen. De plannen om het strandbad met een zandzuiger op te spuiten heeft men inmiddels verlaten. Nu wil men het zand van buitenaf aanvoeren.

De geplande breedte van het strandbad van 160 meter wordt na gesprekken met de werkgroep teruggebracht naar 80 meter.

De werkgroep is van mening, gestaafd door de conclusie van het laboratorium, dat de recreatie zoveel mogelijk beperkt moet worden met een maximum van 100 recreanten. Dit is mogelijk door o.a. een klein strand van 50 meter en het niet toelaten van verkeer. De werkgroep is voorstander van overdracht van de wiel aan Natuurmonumenten. Goed onderhoud is gewaarborgd en de gemeente heeft geen kosten meer.

Diepste wiel van Nederland

De vertegenwoordiger van het laboratorium voor aquatische ecologie, de heer Van der Velde, zegt dat bij onderzoek is gebleken, dat de Haarsteegse Wiel de diepste wiel van Nederland is. In de bovenlaag van de wiel ontwikkelt zich plankton. Bij een teveel ervan wordt deze zuurstofarm en hierdoor kunnen zich gevaarlijke stoffen ontwikkelen. Bij een teveel aan organische stoffen ontstaat dan blauwwier. Er is een unieke waterlelie in de wiel aanwezig en dat is een ander argument om de recreatie te beperken, net als graafwerkzaamheden.

De burgemeester zegt dat de Nieuwkuijkse Wiel kleiner is dan de Haarsteegse Wiel en er de afgelopen zomer soms meer dan 800 recreanten waren. De wekelijkse keuringen geven echter aan, dat de waterkwaliteit goed is. Dit is in tegenstelling tot wat de vorige spreker heeft opgemerkt. Van der Velde merkt op dat de Wiel in Nieuwkuijk minder diep is dan die in Haarsteeg en dat de oorzaak vooral daar gezocht moet worden. De betreffende wiel is, biologisch gezien, zelfs waardevoller geweest dan die in Haarsteeg, maar door de zwemrecreatie is de wiel in Nieuwkuijk sterk achteruit gegaan.

Natuurbehoud

De burgemeester geeft aan voorkeur te hebben voor een strandbad van 80 meter, en de aanleg van een parkeervoorziening aan de Slegerslaan. Hij zegt dat de gemeente best zelf in staat is het beheer over de wiel te voeren. Kortom, de gemeente wil een beperkte zwemgelegenheid.

Nadat diverse sprekers hun mening hebben gegeven over de plannen concludeert de burgemeester dat de standpunten elkaar dicht genaderd zijn. Het college zal zich beraden over de exacte voorstellen aan de gemeenteraad.

Begin november bericht de werkgroep dat, op basis van het overleg in oktober, men het met elkaar eens is over de omvang van de recreatie en de parkeerplaats van de auto’s.

In augustus 1977 verschijnt er in het Brabants Dagblad een artikel, waarin wordt gemeld dat de werkgroep echter nooit akkoord is gegaan met het opspuiten van het strandbad in de Haarsteegse Wiel. Nu staat de wiel bekend als onveilig en daardoor blijft het aantal zwemlustigen beperkt. De wiel is met het omringende slagenlandschap van ongekende waarde en dat moet behouden blijven door het gebeid als natuurgebied te beheren. Het gebied is niet geschikt voor massarecreatie. Het binnenkort aan te leggen Engelermeer zal met al haar voorzieningen de keuze mogelijk maken voor een bezoek aan een druk strand of de keuze voor een stille verpozing aan de Haarsteegse Wiel. En dat is alleen mogelijk als de gemeente en de werkgroep tot overeenstemming komen.

Eind augustus 1977 verschijnt een bericht in de krant, waarin de gemeente Vlijmen meldt dat de Grontmij werkzaamheden wil gaan uitvoeren.

Bert Meijs

bmeijs@planet.nl