Henk Poelakker vond na het overlijden van zijn vader (1920-2011) kopieën van processen-verbaal uit lang vervlogen tijden toen ‘Vader Bromsnor’ werkzaam was bij de Rijkspolitie. Die vondst werd een inspiratiebron om verhalen te schrijven.

Oudjaarsavond jaren zeventig. Groepjes jongeren halen rottigheid uit. Het dichtdraaien van de olieleiding zodat bewoners in de kou komen te zitten is er eentje van. Fietsen van kerkgangers elders in het dorp plaatsen, een kratje bier uit een schuurtje halen dat niet op slot zat, bij boeren een kar pikken en die naar ‘het centrum’ van het dorp rijden. Categorie: rottigheid met een geintje.

Maar vorig jaar was echter een dieptepunt met rellen en totaal geen ontzag voor de politie. Duizenden guldens schade, een bevolking die bang was voor brandstichting, een onveilige situatie. De burgemeester was het helemaal zat en had met de plaatselijke postcommandant en de zijnen in september om de tafel gezeten.

Blamage voor de Rijkspolitie

Het is december. “Heren, als hoofd van de plaatselijke politie, wil ik dit niet nogmaals meemaken. Een geintje is leuk maar zoals het vorig jaar ging, nee dat kan echt niet: een blamage voor de Rijkspolitie. Ik stel voor dat we een crisiscentrum inrichten, hier in het gemeentehuis. Van 18.00 uur (31 december) tot aan 08.00 uur (1 januari) worden van hier uit de orders gegeven. Aan de districtscommandant in Den Bosch heb ik versterking gevraagd en gekregen: vijf man extra zodat we die nacht met tien man continue paraat staan. Ook de brandweer zal vanuit het crisiscentrum worden aangestuurd. Ik heb de gemeentebode gevraagd of hij met zijn vrouw voor de inwendige mens zal zorgen. Er zullen kommen soep, broodjes, en een hartversterkertje ter uwer beschikking staan.” Bromsnor is een van de vijf extra veldwachters die de orde in het altijd zo rustige dorp die nacht moet bewaken. Voor hem staat één ding vast; hij gaat zich niet verlagen tot een wilde achtervolging om vervolgens door de jeugd te worden uitgelachen.

Auto op de kant

Oudjaarsavond 23.17 uur. Vanuit Den Bosch komen twee hoge pieten met tegenzin naar het dorp. Zij geloven niet in de noodzaak van versterking. Peppi en Kokki rijden met de opvallende politieauto (VW Kever) het dorp in. Bij het crisiscentrum houden ze halt. Terwijl zij wachten tot de deur geopend wordt, horen ze opeens: wegwezen. Peppi en Kokki zien dat een groep jongeren hun auto op zijn kant heeft gezet. De heren zijn boos en verontwaardigd nu ze van heel dichtbij hebben gezien dat het ontzag voor de politie deze nacht compleet weg is.

Volgend jaar meer versterking

Maar het kan nog erger. Pep en Kok rijden door het dorp en zien overal groepjes jongeren bezig met vuurwerk, karren, autobanden enz. “Laten wij de jeugd eens verrassen”, zegt Pep. Met gierende remmen komt hun auto tot stilstand. De twee springen uit de wagen, rennen de jeugd achterna. Mispoes. Maar waar is hun auto gebleven? Eén van de jongeren is ongezien in de politieauto gesprongen waar de sleutels nog inzitten en rijdt enkele honderden meters het dorp in. Opnieuw staan Pep en Kok voor l.. Eén ding is helder. Volgend jaar moet hier veel meer versterking naar toe.

En Bromsnor? Die laat zich niet gek maken. Gaat zelfs met de jeugd in gesprek. Hee, pas op met die kar. Niet midden op het kruispunt zetten hoor, te gevaarlijk. De soep is lekker, het broodje kaas smaakt prima en een jonge klare zorgt voor enig antivries op deze koude Oudjaarsavond.