Henk Poelakker, woonachtig in Heusden, vond na het overlijden van zijn vader (1920-2011) kopieën van processen-verbaal uit lang vervlogen tijden toen ‘Vader Bromsnor’ werkzaam was bij de Rijkspolitie. Die vondst werd een inspiratiebron om verhalen te schrijven.

1970 Winkelsluiting

In die tijd bestond er nog een strenge winkeltijdenwet. In de boeken stond hoe laat de winkel open mocht, op welk tijdstip de deur gesloten moest worden en op welke dagen (denk aan de zondag) de winkel dicht moest blijven. Anno 2024 is het globaal als volgt: je mag de winkel openen vanaf 6.00 uur ’s morgens en om 22.00 sluiten. Per gemeente kan dit verschillen. Dat de winkel op de dag des Heeren beperkt open mag zijn of zelfs verplicht gesloten moet zijn, is inmiddels achterhaald.

Hard aan het werk

Bromsnor rijdt op zijn dienstfiets door het dorp en ziet nog na 19.00 uur bedrijvigheid in de tuinwinkel. “Goedenavond, hoe gaan de zaken hier?” De winkelbaas voelt nattigheid want reeds eerder heeft hij een waarschuwing gehad vanwege overtreding van de winkeltijdenwet. Op vriendelijke toon antwoordt de baas: “Ach Bromsnor, u ziet het, hier wordt nog hard gewerkt. De mensen komen bij ons de pootaardappelen halen, de zaden voor de moestuin, de stokken voor de snijbonen enz. En ja, ik hoor u denken dat de winkel al een uur geleden gesloten had moeten zijn.” Bromsnor vindt het vervelend om de man te bekeuren want daar is het probleem niet mee opgelost. “Probeer vanavond op tijd te sluiten en zorg ervoor dat dit de laatste week is dat er na sluitingstijd nog zaken gedaan mogen worden.” De volgende dag ligt er op de mat van het politiebureau een vleiende brief van de winkelbaas met daarin uitgelegd dat hij het besluit van de veldwachter respecteert maar ook dat hij vriendelijk vraagt om deze zomer nog langer open te mogen blijven. Zijn oplossing: ik ga ’s morgens later open en kan daardoor hopelijk ’s avonds langer open zijn. Hij dekt zichzelf in de brief alvast in met de slotwoorden: mocht dat niet lukken, geef me dan in ieder geval ietsje meer tijd om mijn klanten te informeren. Jammer voor deze ondernemer: regels zijn regels en daar passen volgens de wet geen creatieve oplossingen bij.

1970 Olympiatoer

Bromsnor leest een verzoek van een aanstaande wielerwedstrijd die dwars door de gemeente gaat rijden. Dat kan wat hem doorgaan mits er versterking komt want op meerdere plaatsen zijn agenten nodig om het publiek achter de hekken te houden en het verkeer halt te laten houden zodat de wielerkaravaan ongehinderd door de gemeente kan gaan. De eis van Bromsnor: akkoord mits(!) zeven mensen extra bij de invalswegen en zes man extra bij de Heusdensebrug en dat van 17.00 tot 19.00 uur. Anno 2024 zijn er geen extra agenten meer en worden burgers na een korte instructiemiddag gebombardeerd tot verkeersregelaar.

1970 Velduil

De heer A.B. komt aan het bureau met de vraag of hij een velduil naar de preparateur in Waalwijk mag brengen. De man wil de vogel op laten zetten. Bromsnor kijkt er naar alsof hij er verstand van heeft. Hij is de beroerdste niet en typt snel een vier regels tellende verklaring op een A5 papiertje (we zijn zuinig met papier) waarin hij akkoord geeft voor het vervoer en verklaart dat de uil een natuurlijke dood is gestorven. Nog gauw een stempel erbij en het akkoord is geregeld.