Op 29 oktober 1936 wordt door koopman-mandenfabrikant J. van Halder en gemeenteveldwachter W. Harks bij de gemeente Vlijmen een bouwaanvraag ingediend voor de bouw van een dubbelwoning op een braakliggend terrein. Het terrein liep toen nog door tot het ‘Oude Kerkepad’, nu Pastoor van Akenstraat. De bouwheer of architect was Nico Godefriduszoon de Bonth uit Vught. De bouwsom voor de dubbelwoning bedroeg ƒ6200,- en er werden de huisnummers B119a en b, (nu 18 en 20) toegekend. De bouwstijl was Amsterdamse School, een gebruikelijke bouwstijl na de periode van de neorenaissance. Deze bouwstijl werd gekenmerkt door veel ornamenten en in de gevels een horizontale geleding door speklagen van zandsteen en baksteen. Bij de Amsterdamse School werd uitsluitend baksteen gebruikt met weinig versieringen. Deze dubbelwoning heeft vele kenmerken van deze bouwstijl.

Door Bart Beaard

De dubbelwoning bestaat uit een eenlaags hoofdbouw met een zadeldak over twee verdiepingen, waarvan de nok evenwijdig aan de straat ligt. Haaks op het midden van de hoofdbouw staat een tweelaags symmetrisch bouwdeel met een zadeldak waarvan de nok haaks ligt ten opzichte van de straat. Dit bouwdeel heeft op de begane grond aan beide zijden een uitbouw met een schilddak. Alle zadeldaken zijn gedekt met rode terracotta dakpannen, type Oude Holle. Bij de overgang naar de gevel zijn gevelpannen geplaatst en in de nokken ballonvorsten. De dakschilden zijn gedekt met terracotta tegel- of leipannen. De gevel is gemetseld met hardgrauw baksteen, in kettingverband (twee strekken–kop–twee strekken etc.) en terugliggend gevoegd. Naast alle houten onderdorpels van de vensters zijn, ter versiering, uitstekende koppen van zwarte stenen geplaatst. In de hoeken van de hoofdbouw bevinden zich de ingangen met een portaal met een dubbele toegang, met rondbogen. Aan de buitenhoeken van de portalen bevinden zich schuin toelopende kolommen met een afdekking van een tufstenen ornament. De nissen hebben een bolgewelf, gemetseld met gele baksteen. In de nis van nr. 18 hangt een bijpassende lantaarn. Ook is er een hardstenen brievenbus. De hardhouten voordeur van deze woning heeft ook een rondboog en een versiering met glas-in-lood met kleine glasplaatjes.

Het portaal met de voordeur met rondboog, de terracotta plavuizen, het bolgewelf en de bijpassende lantaarn. (Foto: Ad Pellemans)

Het portaal met de voordeur met rondboog, de terracotta plavuizen, het bolgewelf en de bijpassende lantaarn. (Foto: Ad Pellemans)

De grote vensters in de voorgevel staan in een 60 centimeter diepe erker. De vensters hadden aanvankelijk drie ramen, met glas- in-lood in de buitenste ramen. Naast deze vensters zijn kleine vensters met rondboog en glas- in- lood. De vensters op de eerste verdieping hebben tuimelramen en hadden oorspronkelijk glas-in-lood. Op de bovenste verdieping hebben de vensters rondbogen, een kenmerk van de bouwstijl Amsterdamse School. Een ander kenmerk zijn de grote dakoverstekken met bakgoten. Aan de straatzijde bevinden zich gemetselde kolommen met verbindingsbuizen en deze tuinafsluiting is ook kenmerkend.